Vissen vissen
Vissen-vissen

Welkom op vissen-vissen.jouwweb.nl

Ik ga beginnen met U  twee concurrenten van de hengelaar voor te stellen nl de fuut en de aalscholver.De open gesneden aalscholvers die U op de benedenste foto ziet zijn gefotografeerd op een onderzoeklaboratorium in Polen. Daar werd een onderzoek gedaan naar het voorkeurvoedsel van de aalscholver in diverse delen van het land. Dit was op verzoek van de overheid en tbv de beroepsvisserij.In Nederland is de aalscholver een beschermde vogel.

 

De andere behendige visser ,de fuut , heb ik vaak aan de Maas bij de stuw in Grave boven zien komen met een forse paling in de bek, ook in de tijd dat men zei dat de palingstand overal zo slecht was. De fuut trok er zich niets van aan.

Ik geef toe,het is geen fraai aanblik deze "operatietafel",maar ik wil het toch even laten zien hier.

Ter compensatie laat ik hierboven onze "collega"ook maar even in volle glorie zien !

Hier zie je een kort filmpje van een bejaarde snoek.

Zouden dit de nakomelingen van senior van hierboven zijn ?

Het valt me bij deze 2 filmpjes op dat de grote snoek een heel andere tekening heeft dan de jagende jongere. Zijn er meerdere soorten snoeken ? Ja, over de hele aarde gezien natuurlijk wel, maar wat Nederland betreft weet ik het niet. In feite weet ik nog maar heel weinig over vissoorten.Laat ik daarom in plaats van hier aan deze wesite te werken maar eens wat op internet  gaan surfen om mijn kennis wat op te vijzelen.Dan kan ik U als bezoeker daar misschien later mee van dienst zijn want ,wie weet kwam U wel op mijn site terecht om wat viskennis op te doen.

Hier heb je een korte samenvatting ui Wikipedia:

 De snoek is een algemene soort in Nederland en België, en is te vinden in vrijwel alle binnenwateren. De vis leeft in zoet water maar kan ook worden aangetroffen in brakwater. Daarnaast komt de soort voor in vrijwel heel Europa, Noord-Amerika en in delen van Azië.

In Noord-Amerika komen naast de snoek (Northern Pike) ook andere soorten voor waarvan met name de wat grotere en sterkere muskellunge (Esox masquinongy) noemenswaard is. Ook in de Amoer komt een mooie snoeksoort voor, de Amoersnoek (Esox reichertii).

De kleur van de snoek is variabel, van groenbruin tot grijsbruin met goudkleurige stippen, vlekken of strepen op de flanken, de buik is geelwit.

Voedsel                 

De snoek is een roofvis die voornamelijk leeft van vissen, maar ook amfibieën, kreeftachtigen en knaagdieren en zelfs de muskusrat wordt gegeten. Zelfs jonge watervogels worden van onderen belaagd en ook de eigen jongen zijn niet veilig. De voorkeur van de snoek gaat echter uit naar vis, en met name op zieke en verzwakte exemplaren die makkelijker zijn te vangen wordt gejaagd.

De snoek heeft ook een voorkeur voor relatief grote prooien, maar als in de zomer de kleine witvissen en baarzen in enorme hoeveelheden rondzwemmen kan de snoek ook tijdelijk op deze prooien overschakelen. Opvallend is ook dat snoeken graag baarzen eten, die toch flink beschermd lijken te worden door hun stekelige rugvin. Op plaatsen waar alleen stekelbaars en snoek voorkomen kan de snoek ook prima op een dieet van stekelbaars overleven.

Aan de anatomie van de kop is ook al te zien dat snoeken hun prooi vaak van onderen naderen.

De snoek is goed in staat heel langzaam te sluipen en zijn positie in het water aan te passen. Voordat hij zijn schot inzet kromt hij zijn lichaam en gebruikt hij het oppervlak van staart-, rug- en anaalvin om zichzelf tegen af te zetten. Voor het vangen van prooien is ook de zijlijn van de snoek een belangrijk zintuig. Hiermee kan de snoek waterstroompjes zeer nauwkeurig waarnemen, zoals een zwemmende prooi. Bij een snoek zijn ook gaatjes in de kop te zien die deel uitmaken van het zijlijnsysteem (zie afbeeldingen

De snoek paait vroeg in het voorjaar, soms al in februari, de lichtgroene eitjes worden niet in nesten afgezet maar onbeschermd tegen waterplanten geplakt in ondiepe wateren, bij voorkeur ondergelopen weilanden. De mannetjes arriveren het eerst op de paaiplaats. Dezelfde snoeken zoeken altijd weer dezelfde paaiplaats op. De paai duurt enkele weken en de eieren worden in enkele perioden afgezet. Een vrouwtje produceert 15.000 tot 20.000 eieren per kg lichaamsgewicht. Het vrouwtje verlaat al het afzetgebied, het mannetje blijft langer, maar beschermt de eitjes niet.

 

 

Hieronder zie je wel een andere snoeksoort,kortweg de Musky genaamd.Deze Amerikaanse rover en de Amoersnoek uit Oost-Azie zijn samen met de ons al bekende snoek de drie bestaande snoekfamilies.

Laten we het ook eens hebben over onze andere vriend,...de snoekbaars.Daar wordt volgens mij nog meer op gevist dan op snoek.En zeker wordt hij vaker meegenomen door de hengelaars.Op veel meren en rivieren is de snoekbaarsstand flink teruggelopen de laatste jaren doordat er minder fosfaat geloosd wordt en daardoor het water helderder is geworden.Daar houdt de snoekbaars niet van.Onze vriend heeft niet voor niets zo'n bizonder gezichtsvermogen.Hij heeft een spiegelend netvlies net als vele nachtdieren.Ik geef voor de geinteresseerden hieroder een samenvatting uit Wikipedia.

 

De snoekbaars kan 120 centimeter lang worden. De mannetjes kunnen worden onderscheiden aan hun donkere buik.De snoekbaars die men kent in de Benelux is afkomstig uit wateren rond de Zwarte Zee (Donau).De snoekbaars kan in Nederland bij een lengte van 80 centimeter al groot genoemd worden. Hij kan echter wel 120 centimeter worden. De snoekbaars is een vis van het open water en leeft voornamelijk in diep water. De snoekbaars paait van april tot mei bij temperaturen van 12 tot 15 °C. De mannetjes maken in ondiep water een kuil die wortels van waterplanten blootlegt. De daar gelegde eieren worden door het mannetje bewaakt en door vinbewegingen van vers zuurstofrijk water voorzien.

Snoekbaars heeft een hekel aan te veel licht en zal overdag diepe of schaduwrijke plekken opzoeken. De jonge larven gaan zelfs dood bij te hoge lichtintensiteit. De jonge snoekbaars eet kleine beestjes zoals watervlooien. Naarmate hij groter wordt gaat deze solitaire vis over op grotere prooien, met name langwerpige vissen. De snoekbaars heeft wel een voorkeur voor wat kleinere prooien in vergelijking met de snoek, die prooien tot een derde van zijn eigen lichaamsgewicht kan verslinden.De snoekbaars jaagt voornamelijk 's avonds en 's morgen tussen 5 uur en 12 uur, omdat hij dan met zijn grote glazige ogen met reflecterend netvlies (de snoekbaars wordt om die reden ook wel 'glasoog' genoemd) een voordeel heeft ten opzichte van de prooivis. De snoekbaars maakt ook gebruik van het zijlijnorgaan dat gevoelig voor geringe drukverschillen en waterstromen en de vis in staat stelt de prooi te vinden door het waarnemen van de waterwerveling die de bewegende prooi veroorzaakt. Het zijlijnorgaan kan ook worden gebruikt om grotere stilstaande objecten waar te nemen door de verstoring die ze opwekken in het stromingspatroon om de vis. De snoekbaars maakt ook gebruik van de geur om de prooi te vinden en wordt door vissers vaak met een reepje vis als aas gevangen.In de winter trekt de snoekbaars zich als dat mogelijk is naar zeer diep water. Veel snoekbaarzen leven dan op dieptes tussen de tien en twintig meter.De vangst is gesloten van 15 april tot de laatste zondag van mei in België en van 1 april tot de laatste zaterdag van mei in Nederland. Het minimale meeneemformaat voor snoekbaars is in Nederland 42 centimeter en in België 40 centimeter.

Hier een filmpje met achtereenvolgens: school baarzen,een snoek in de verte en snoekbaarzen op de bodem.Dus inderdaad de Glasogen zitten in de diepte.De water helderheid valt me reuze mee voor de Vinkeveense Plassen.

Een leuk begin van het snoekseizoen was de vangst van deze 91 cm lange snoekbaars.Hij woog 8 Kg. Afgaande op de dikke buik zou je verwachten dat deze vis zijn kuit nog niet geschoten had,maar gelukkig was dat niet zo , er werd geen kuit aangetroffen. De vis is gevangen met het staartstuk van een middelgrote brasem in Nederlands mooiste rivier :de Maas. 

Hieronder dan een filmpje van een heel ander soort visser.Niet alleen presteert deze knaap het om meerdere vissen tegelijk te vangen, maar ook vangt hij er een van nagenoeg zijn eigen lichaamsgewicht,.... of misschien wel meer !  Kijk en verbaas U wat de visarend presteert.

Toch maar een grotere rookoven aangeschaft nadat ik van iemand een aantal "zalmforellen"had gekregen die ze gevangen hadden in de forellenvijver in Appeltern.

Eerst maar eens met een paar mootjes van een grote forel uitgeprobeerd.Het kleurtje is goed zo te zien en de smaak ook bleek later.

Daarna zijn de grotere jongens aan de beurt. 

Erg natuurlijk zien deze forellen er niet uit vind ik. Zo bol opgeblazen zul je een regenboogforel niet aantreffen in zijn natuurlijke habitat.Ik denk dat op de viskwekerijen hetzelfde kunstje wordt geflikt dat de kippenboer met zijn plofkippen uithaalt.Groeihormonen en wie weet wat voor troep nog meer (gemaakt bij DSM) om het vlees zo rood te krijgen als dat van een natuurlijke zalm,die de rode kleur krijgt van lekkere garnalen smullen.En dan verzint men de naam "zalmforel"vanwege de kleur,een naam die wat beter aanslaat bij de consument,....een niet bestaande vissoort is dat !

Je  merkt wel dat ik niet echt een voorstander ben van het vissen in forellenvijvers. Ze worden druk bezocht en er wordt meestal goed gevangen door de meer ervaren hengelaars.Zie enkele foto's hieronder van vangsten aan de vijverkant van zeer jeugdige vissers.

Laat eens weten wat jij er van vindt via de e-mail mogelijkheid boven aan deze pagina.